Qutrit zet kwantumcomputer in nòg hogere versnelling

Voor velen blijft de kwantumcomputer magisch, met zijn onvoorstelbare superpositie-fenomeen. Waar een bit in de computer zoals we die nu kennen gewoon een waarde van een of nul kan hebben, kan een 'gewone' qubit - de equivalent van de bit in een kwantumcomputer - zowel 1 als 0 tegelijk zijn. Daardoor kunnen veel meer berekeningen van een bepaald type tegelijk worden uitgevoerd. Om het nog verwarrender te maken, zijn vanuit de kwantummechanica nog meer statussen bekend waarin deeltjes zich kunnen bevinden, dus niet alleen 0 en 1 tegelijkertijd, maar ook 0, 1 en 2 tegelijkertijd: de qutrit. En daar blijft het niet bij. Er zijn ook nog qudits gedefiniëerd: kwantumeenheden met drie of meer statussen in superpositie.

Rigetti Computing - een bedrijf uit Berkeley in Californië - heeft al een naam in het bouwen van grote kwantumcomputers. Zo zegt het bedrijf nu een 80 qubit computer werkend te hebben. Ter vergelijking: Google claimde in 2019 met 53 qubits het punt te hebben bereikt waarop kwantumcomputers berekeningen kunnen uitvoeren die niet meer met een reguliere supercomputer kunnen worden uitgevoerd. Rigetti is overigens aan 80 qubits gekomen door twee 40 qubit-computers aan elkaar te koppelen. 

Volgende versnelling

Maar Rigetti is nu ook begonnen aan experimenten met qutrits. Wie daaraan mee wil doen kan toegang krijgen via de Quil-T-dienstverlening die het bedrijf daarvoor in het leven heeft geroepen. Het grote voordeel van het werken met qutrits is dat met dit element niet alleen meer informatie kan worden verwerkt, maar dat het ook mogelijkheden biedt om technieken te gebruiken die het aantal uitleesfouten drastisch terugbrengt, zegt het bedrijf in een verklaring.

Het grote nadeel van de huidige generatie qubits is dat ze erg instabiel zijn. Daarom gaat veel van de rekenkracht van kwantumcomputers nu op aan interne controles op de stabiliteit van de qubits. Aan het verminderen van die instabiliteit wordt hard gewerkt in de laboratoria van techgiganten als Google, IBM en Honeywell, maar ook bij universiteiten en kennisinstellingen wereldwijd en dus gespecialiseerde bedrijven als Rigetti en IonQ.