Apple creëerde met de M1 Ultra-chip 'een beest'

Met de ontwikkeling van de M1-lijn is Apple zo'n twee jaar geleden een eigen weg ingeslagen met het ontwerpen van chips. En met succes, zo blijkt nu weer bij de presentatie van een nieuwe loot aan de boom: de M1 Ultra. Voor deze chip heeft het bedrijf twee processoren van het voorgaande type -de M1 Max- aan elkaar gekoppeld met wat het bedrijf zelf de UltraFusion architecture noemt.

Zo ontstaat een chip met 20 CPU cores, verdeeld over 16 high-performance cores en 4 high-efficiency cores. Daarnaast zijn 64 GPU-cores toegevoegd. De communicatie met het geheugen heeft een capaciteit van 800 GB/s en tussen de processoren is de overdrachtssnelheid 2,5 TB/s. Samen kunnen de cores beschikken over 128 GB aan geheugen.

Volgens de eigen benchmark die Apple presenteerde is de M1 Ultra 90% sneller dan Intels topmodel de 16-kernige Core i9-12900K. De chip verbruikt ook nog eens 100W minder energie dan de Intel-chip bij vergelijkbare prestaties. De GPU's presteren op een vergelijkbare manier als de GeForce GTX 3090 maar verbruikt daarvoor bij topprestaties 200W minder energie.

Apple heeft ook de prestaties afgezet tegen het topmodel-chip dat nu in de de Mac Pro zit, de 16-core Xeon-chip. Daarvoor werd de M1 Ultra getest ingebouwd in de vanaf 18 maart beschikbare Mac Studio. Dan blijken de CPU-prestaties van de M1 Ultra 90% hoger te liggen. Ten opzichte van de nu krachtigste 28-core Xeon Mac Pro ligt het verwerkingsniveau van de M1 Ultra gebaseerde Mac Studio 60% hoger.

Goede vooruitzichten dus voor bijvoorbeeld de grafische sector waar de Mac Pro altijd gretig aftrek heeft gevonden.