Nederland zit in middenmoot met breedband

In de wereldranglijst bekleedt Nederland de veertiende plaats. Daarmee zit ons land ruim boven buurland België (op de vierentwintigste plaats, met 91,74 Mbps) en ver boven buurland Duitsland (op de drieëndertigste plaats, met 72,95 Mbps). Spanje scoort echter net beter (met 115,61 Mbps op de dertiende plaats) en Frankrijk doet het nog beter (met 120,01 Mbps, op de tiende plaats).

Klein en fijn

Uit de metingen van Cable.co.uk komt naar voren dat kleinere landen en eilanden het relatief goed doen. De allersnelste is de eilandgroep Macau, die vorig jaar nog op de achtste plaats stond. Nummer twee op de wereldranglijst is het eiland Jersey, gevolgd door het dunbevolkte IJsland en dan de kleine natie Liechtenstein. De top drie landen zitten met hun gemiddelde breedbandsnelheid boven de 200 Mbps, terwijl de twee hekkensluiters van de top vijf wat boven de 150 Mbps zitten.

De verschillen tussen landen zijn minder groot dan voorheen. Dit is te danken aan verzadiging van markten door de uitrol van glasvezelverbindingen tot aan huishoudens. Zulke zogeheten FttP-netwerken (fiber to the premises) geven glasvezelaansluitingen in de meterkast. Zogeheten FttC-netwerken (fiber to the curb) gaan slechts tot 'de stoep': een centraal knooppunt in wijken. Daar vandaan gaan dan relatief langzamere verbindingen naar breedbandgebruikers. Landen die zich nog richten op FttC, of zelfs op DSL, lopen achter in de ranglijst van breedbandsnelheden, schrijft The Register op uit de mond van een telecomanalist van Cable.co.uk.