Nederlandse werknemers tegen inzet monitoringstools

Tools voor monitoring maken een enorme opmars in Nederland, zo bleek in april dit jaar uit een rondvraag van AG Connect. Zo'n vijftien leveranciers gaven aan dat hun Nederlandse klandizie flink groeide in het jaar daarvoor. Het Amerikaanse Teramind sprak zelfs over een groei van 300% sinds het begin van de pandemie en Controlio groeide in 2020 met 200%.

Nederlandse werknemers vinden het echter helemaal niet prettig als werkgevers dergelijke tools gebruiken. Volgens het onderzoek van Unisys wordt eigenlijk elke vorm van monitoring als onprettig ervaren. Nederlanders hebben de meeste problemen met het monitoren van de microfoon: 92% ervaart dit als onprettig. Maar bijvoorbeeld ook het monitoren van het beeldscherm (88%), het verplicht stellen om de webcam aan te hebben tijdens videovergaderingen om te zien of werknemers wel opletten (84%) en het monitoren van de browsergeschiedenis op bedrijfsapparatuur (79%) wordt als vervelend ervaren. 

Jonge generatie accepteert meer

Hoewel eigenlijk alle Nederlandse werknemers liever niet gemonitord worden door de werkgever, ervaren vooral oudere werknemers dit als onprettig. Zo vindt 70% van de werknemers tussen de 55 en 64 jaar oud het onprettig als in- en uitlogtijden worden gemonitord, tegenover 64% van de werknemers tussen de 25 en 34 jaar oud. En ook in de tussengelegen leeftijdscategorieën is die trend zichtbaar: hoe ouder de werknemer is, hoe vervelender hij of zij dit vindt. 

Dit geldt ook voor andere vormen van monitoring. Zo vinden werknemers tussen de 25 en 34 jaar oud het minder vaak vervelend (28%) dan werknemers tussen de 55 en 64 jaar oud (92%) om de webcam verplicht aan te zetten. De helft van de oudste groep werknemers vindt zelfs alle monitoringsopties onprettig, tegenover 81% van de groep tussen de 25 en 34 jaar.