Microsoft zet ARM-processors in voor VM's in Azure-cloud

Microsoft kondigde de toevoeging gisteren aan als een preview voor zijn cloudklanten. Met ARM-gebaseerde processoren moeten de virtual machines een prijs-prestatieverhouding hebben die tot wel 50% beter is. Deze voorgehouden verbetering geldt in vergelijking tussen de Azure-cloud met 'ARM inside' en on-premises hardware met x86-processoren, waarbij het gaat om het afhandelen van piekbelastingen.

Microsoft maakt voor zijn nieuwe cloudaanbod gebruik van technologie van de Amerikaanse startup Ampere. Die levert zijn Altra ARM-gebaseerde processors aan Microsoft, op basis waarvan cloudklanten hun VM's kunnen inrichten. Ampere kondigde vorig jaar mei al aan een contract te hebben gesloten met Microsoft voor de levering van deze chips met rekencores die door het bedrijf zelf zijn ontwikkeld. Dit in plaats van standaardcores die ARM-ontwerper ARM Holdings ter beschikking stelt aan chipmaker die een licentie nemen op de ARM-architectuur.

Preview nog beperkt

De nieuwe VM-configuraties in Azure zijn slechts voor een beperkt aantal klanten beschikbaar in de preview-periode. Alleen gebruikers in de Azure-regio's West US 2, West Central US, and West Europe komen in aanmerking. De nieuwe VM's kunnen maximaal 64 virtuele processoren (vCPU's) ondersteunen en hebben qua geheugenconfiguraties 2GiB, 4GiB of 8GiB per vCPU. Er zijn netwerkverbindingen tot 40 Gbps mogelijk en er zijn opties voor high-performance local SSD-opslag.

Als besturingssysteem ondersteunen de VM's de Linux-distributies Canonical Ubuntu en CentOS, naast Windows 11 Professional en Enterprise Edition on Arm.