Dropbox zegt publieke cloud vaarwel

Dropbox gebruikte voor zijn dienstverlening jarenlang het Amazon Webservices (AWS)-platform om zijn dienstverlening te faciliteren. Sinds 2015 heeft het bedrijf echter ingezet op het inrichten van eigen datacentra met gespecialiseerde servers. Daarmee is sindsdien bijna 75 miljoen dollar bespaard, zo blijkt uit de gegevens die het bedrijf heeft ingeleverd bij de Amerikaanse beurstoezichthouder SEC.

Schaalvoordeel bepaalt

Het voorbeeld van Dropbox toont aan dat schaalvoordeel de grote onderscheidende factor is in de keuze tussen de inzet van eigen hardware of outsourcing naar een dienstverlening. Dropbox beheert inmiddels exabytes aan data en dat staat bovendien centraal in het bedrijfsmodel. Het bedrijf rondde eind 2016 een jarenlang project af waarin werd uitgezocht hoe de infrastructuur geoptimaliseerd kon worden voor die specifieke taken die het cloudopslagbedrijf aanbiedt.

Dropbox heeft overigens AWS nog niet helemaal vaarwel gezegd. Voor iets minder dan 10 procent van de capaciteit worden nog steeds de diensten van Amazon ingezet, vooral voor de dienstverlening in Europa. Dropbox heeft inmiddels drie datacentra in de VS, maar niet in Europa.