Intel brengt lichtcomputer stap dichterbij

De vinding moet in de naaste toekomst een heel nieuw soort computers opleveren – of dat nu desktops, notebooks of servers zijn – waarin de bits en bytes niet via elektronen maar fotonen (lichtdeeltjes) worden verplaatst. Intel verwacht dat organisaties flessenhalzen in hun datacenter of serverpark kunnen wegnemen door de interne verbindingen op laserlicht te baseren. Daarnaast stelt de chipfabrikant een aanzienlijke besparing op energiekosten en ruimtebeslag in het vooruitzicht.

Voor het prototype heeft Intel voor het eerst een transmissiechip en 4 zogeheten hybride siliciumlasers samengebracht. Elke laser biedt een overdrachtssnelheid van 12,5 gigabit per seconde, voor een totaal van 50 Gbps. Intel hoopt de snelheid van de fotonenverbinding verder te kunnen opvoeren tot 1 terabit per seconde. Die snelheid kan worden gerealiseerd door meer kanalen per verbinding te gebruiken.

Justin Rattner, chief technology officer (CTO) van Intel, kenschetste de ontwikkeling van het prototype dinsdag als een ‘doorbraak’. De behoefte aan snelle transmissie van massa’s gegevens wordt immers steeds groter. De gangbare koperverbindingen kunnen snelheden van meer dan 10 gigabit per seconde moeilijk aan. Er is wel netwerkapparatuur voor snelheden tot 40 gigabit, maar die kost honderden dollars per verbinding. Bovendien zijn de maximale afstanden beperkt. Met de fotonentechnologie hoopt Intel de prijs van een ultrasnelle verbinding tot 1 dollar te kunnen reduceren, zei Rattner.

Voorlopig is fotonentransmissie nog niet rijp voor massaproductie. Dat zal nog tot omstreeks 2015 duren. Eerst moeten de kosten nog flink omlaag. Volgens Rattner wil Intel de prijs zodanig drukken dat de vinding in standaard computerapparatuur kan worden ingebouwd. Mario Paniccia, hoofd van Intels Photonics Technology Lab, ziet geen fundamentele beletsels voor een dergelijke kostenverlaging.