Overslaan en naar de inhoud gaan

Elektronische bewaarplicht ondermijnt vrijheid 450 miljoen burgers

De kans is groot dat de ministers van de EU-lidstaten het voorstel aannemen om alle telecommunicatiegegevens van alle EU-burgers tussen de één en de drie jaar te bewaren. Dan wordt van iedereen bijgehouden wie zij hebben gebeld, ge-sms’t en gemaild, vanaf welke plekken ze mobiel gebeld hebben en welke websites zij hebben bezocht. Het Europees Parlement wordt alleen pro forma om advies gevraagd, de ministers beslissen.
Tech & Toekomst
Shutterstock
Shutterstock

Het Europees parlement heeft dit onheil over zichzelf afgeroepen tijdens de behandeling van de Richtlijn Privacy en elektronische communicatie in mei 2002, toen ze instemden met een slinks amendement van de Spaanse sociaal-democraten om een bewaarplicht verkeersgegevens mogelijk te maken. Sinds die tijd circuleren er groteske wenslijsten van politiediensten als Europol, Interpol en de politiewerkgroep van de G8. Het nieuwe voorstel beschrijft alle mogelijke protocollen en diensten waarvan het gebruik straks geregistreerd en bewaard moet worden, inclusief toekomstig te ontwikkelen diensten die iets te maken hebben met internettelefonie, elektronische berichten of internetverkeer. De terroristische aanslagen in Madrid op 11 maart 2004 worden zonder gêne gebruikt om allerlei oude opsporingsbehoeften te vervullen. Sinds de toetreding van de tien nieuwe lidstaten heeft de Europese Unie 450 miljoen inwoners, bijna allemaal in het bezit van telefoon, gsm of internet. Zij worden door de bewaarplicht feitelijk allemaal op voorhand schuldig verklaard. De uitvoering en de kosten van de bewaarplicht worden eenzijdig bij het bedrijfsleven gelegd. Daarmee verzekeren overheden zich van een heel leger alziende spionnen, die eindeloze hoeveelheden persoonlijke informatie kunnen overdragen. Je zou verwachten dat de inlichtingendiensten met draconische voorstellen kwamen om nieuwe aanslagen te voorkomen. Maar de bewaarplicht gaat helemaal niet over terrorismebestrijding. De gegevens worden standaard onderdeel van elk politieonderzoek, omdat het soms handig is om maanden of jaren na dato gegevens over iemand op te kunnen vragen. Dat is de enige rechtvaardiging in het voorstel om tot een systematische bewaarplicht over te gaan, in plaats van het gericht opslaan van gegevens over verdachten. Met deze maatregel slaat Europa een fundamenteel andere weg in bij de opsporing van de misdaad; van gerichte opsporing naar algemeen toezicht op alle burgers. Huiveringwekkend, dat je bij elk trefwoord in Google moet bedenken hoe dat straks in je elektronische dossier tegen je gebruikt kan worden. Dat je sommige websites beter helemaal niet meer kunt bezoeken, omdat de eigenaar gedwongen wordt om een register bij te houden van alle bezoekers. Wat moet de autoriteiten wel niet denken van alle porno-spam die ik dagelijks ontvang? Of ingrijpender, zou ik nog naar Al Jazeera durven surfen als ik Marokkaans was? Hoe kan ik voorkomen dat mijn naam ooit opduikt in het digitale archief van iemand die verdacht wordt van betrokkenheid bij een verdacht netwerk? In grondwetten en in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens doen de Europese overheden plechtige beloftes om hun almacht ten opzichte van burgers in te tomen. Het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer mag alleen geschonden worden als daar een specifieke noodzaak voor is en als er geen andere, minder ingrijpende, manier is om hetzelfde doel te bereiken. Ook het recht om vrijuit te kunnen denken, lezen, spreken en schrijven mag niet ondermijnd worden door al te nieuwsgierige overheden. Na de val van Napoleon, die zich door zijn ‘Bureau du Secret’ alle interessante briefwisselingen in Europa liet voorlezen, is het briefgeheim een onaantastbaar instituut geworden. Maar in het digitale domein hoeft de staat kennelijk geen onderbouwing te geven als ze deze grondrechten met een brede zwaai opzij schuift. Ik heb nog nergens een onderzoek gezien naar de noodzaak en effectiviteit van een systematische bewaarplicht. In Engeland drongen de opspoorders aan op een bewaarplicht van zeven jaar, die vrijwillig door de telecom-industrie uitgevoerd zou moeten worden. Maar de autoriteiten konden geen enkel overtuigend voorbeeld geven, meldde de Engelse brancheorganisatie van ISP’s in het persbericht waarmee het verplicht vrijwillige overleg werd afgebroken. Ondanks dit overtuigende gebrek aan bewijs dreigt er nu toch een kaderbesluit te komen waarmee de hele Europese samenleving ten dienste wordt gesteld van de opsporing. Sjoera Nas is mede-oprichter van Bits of Freedom, een onafhankelijke stichting die opkomt voor digitale burgerrechten.Bijdragen in de rubriek Opinie staan los van de redactionele opvattingen van AG. De redactie behoudt zich het recht voor artikelen te redigeren en in te korten. Bijdragen voor de rubriek kunnen worden gestuurd aan: ag@wkths.nl onder vermelding van ‘opinie’.

Lees dit PRO artikel gratis

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

  • Toegang tot 3 PRO artikelen per maand
  • Inclusief CTO interviews, podcasts, digitale specials en whitepapers
  • Blijf up-to-date over de laatste ontwikkelingen in en rond tech

Bevestig jouw e-mailadres

We hebben de bevestigingsmail naar %email% gestuurd.

Geen bevestigingsmail ontvangen? Controleer je spam folder. Niet in de spam, klik dan hier om een account aan te maken.

Er is iets mis gegaan

Helaas konden we op dit moment geen account voor je aanmaken. Probeer het later nog eens.

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

Heb je al een account? Log in

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

Heb je al een account? Log in