Snuffelen aan offshore outsourcing
Op het congres ‘Offshore Outsourcing 2004’ dat Heliview vorige week in Rotterdam organiseerde, lichtten leveranciers en adviseurs bezoekers voor over de voor- maar ook de nadelen van ‘offshore’ uitbesteden van ICT-werkzaamheden. Wellicht maakte dat laatste de bezoekers, zover die al afkomstig waren van gebruikersorganisaties - ook onder hen bevonden zich veel leveranciers en adviseurs - kopschuw. Want tijdens de pauzes sloeg men bepaald nog geen spijkers met koppen bij de standhouders op de beurs. De sprekers hielden hen voor dat de voordelen vooral liggen in lagere kosten. Maar ook dat er heel veel verborgen kosten zijn aan offshore outsourcing: reizen, communicatie, aansturen van de leverancier, fluctuerende wisselkoersen - want veel contracten worden in dollars afgesloten - en aanpassingen in het proces. Sogeti rekent de bezoekers voor dat alleen al het inregelen 15 procent van de kosten in beslag neemt. En veel bedrijven stuiten op startersproblemen met deze vorm van uitbesteden. Bijna iedereen moet leergeld betalen, blijkt uit een onderzoek van Sogeti en de KUB Tilburg onder vijftig klanten. "Nederlanders zetten nog veel vraagtekens bij offshore outsourcing. Er komt wel meer vraag naar en er zijn er ook die eraan snuffelen, maar we moeten nog veel evangelisatiewerk doen", vertelt de standhouder van Accenture. "Sommige klanten eisen dat het in het Westen wordt gemaakt. Of dat het allemaal in het Nederlands gebeurt. Dan is Zuid-Afrika wel een optie, of we doen de support in Nederland, maar alles wat er achter zit in het buitenland." Ook Atos Origin besteedt werk van klanten uit in het buitenland. "Al zeker vijftien jaar", verklaart marketingmanager Jeroen Kruisweg. "Ja, je ziet in Nederland nog koudwatervrees. Het varieert natuurlijk per klant, maar de eerste stap is moeilijk voor velen. Wel wordt er meer over gepraat. Maar als het eerste schaap over de dam is, komt het vast wel goed. Vooral de grote klanten stoeien er al mee. Het groeit wel in Nederland, maar het is nog een kwestie van volwassen worden van de outsourcingmarkt." Het aanbod wordt steeds diverser. Hoewel India met afstand koploper is voor het uitbesteden van IT-werkzaamheden, is een waaierd aan andere landen in opkomst. Mauritius, Zuid-Afrika, de Oekraïne, Spanje, Brazilië, Polen, Roemenië, Letland. Maar het is voorlopig niet besteed aan Nederlandse organisaties. Als ze al voor offshore outsourcing kiezen, kiest het gros voor India. Dat geeft nog enigszins een veilig gevoel. C.H. Geertsema, directeur van ISDC, een IT-dienstverlener die al zes jaar software in Roemenië laat maken, ziet India echter niet meer zitten. "Het cultuurverschil is zo groot: ze zeggen ‘ja’, maar ze doen ‘nee’. Bovendien wordt het er steeds duurder. En mijn medewerkers zitten ook niet meer zo graag een paar weken in India. Neem alleen maar de hoge temperatuur en de matige hygiëne. Een van mijn medewerkers heeft er knokkelkoorts opgelopen en was negen maanden ziek." Van Roemenië daarentegen geeft hij hoog op. Hij behaalt inmiddels bijna de helft van zijn omzet via Roemenië. "De regie doen we hier. Klanten merken vaak niet eens dat het werk in Roemenië gebeurt."