Leven na het Zorgpasdebacle
Inmiddels is de staatskas 9 miljoen euro armer, en de zorgsector een fikse teleurstelling rijker. De 385 duizend zorgpassen met intelligente chip, uitgegeven in het kader van een proeftraject, verdwenen in de vuilnisbak. Het is niet zo maar een mislukt projectje. De Zorgpas was bedoeld als aanzet tot de landelijke ICTinfrastructuur voor de zorgsector, waaraan al sinds 1994 was gewerkt. "De verschillende partijen waren niet bereid samen in ICT te investeren", zegt NPCFvoorzitter Rob Meerhof. "Bij de Zorgpas is te veel energie gegaan in processen om draagvlak te krijgen", zegt Martin Bontje, de baas van Zorgverzekeraars Nederland. Volgens hem namen nogal wat partijen deel aan het project om ‘de anderen in de gaten te houden’. Via de Zorgpas zou elke huisarts, apotheek, fysiotherapeut of tandarts kunnen controleren of een patiënt verzekerd is. Een proef met de Zorgpas heeft een jaar geduurd. Bij enkele honderden zorgverleners stonden pc’s met kaartlezer opgesteld, gekoppeld aan het eigen medische informatiesysteem. In latere stadia zou de proef worden uitgebreid met een PKIbeveiligd netwerk voor onder meer een patiëntvolgsysteem, uitwisseling van declaraties, wachtlijsten en medische informatie. Maar verder dan de verzekeringscontrole is men nooit gekomen. De zeventig betrokken verzekeraars zagen geen heil meer in een vervolg. Met de Zorgpas zijn veel domme fouten gemaakt. Zo werd de regio Eemland gekozen zonder dat lokale dokters en medische instellingen daar weet van hadden. Dat was niet handig en vergde achteraf veel overtuigingskracht. Ook was nauwelijks nagedacht over de kostenverdeelsleutel bij landelijke invoering van de Zorgpas. De ene partij moet investeren, terwijl andere clubs de vruchten zouden plukken. Over exploitatie en investeringen voor later te bouwen functies waren er geen afspraken. Daarmee ontbrak een solide basis. Ook bleef onbekend wanneer het netwerk op medisch gebied nieuwe functies zou bieden, en tegen welke kosten en tarieven. Eeuwig vaag bleef welke betaalgarantie artsen en andere zorgverleners krijgen als de Zorgpas foutief meldt dat een patiënt verzekerd is. Gerard de Cock, voorzitter van de inmiddels opgeheven Zorgpas Groep (ZPG) spreekt daarom van een ‘ongewis avontuur’. Een ander manco aan het Zorgpasinitiatief was de vertragingen die het traject opliep. Er gingen zes maanden verloren aan de Europees aanbesteding van het netwerk, terwijl uiteindelijk gekozen werd voor Getronics, vlak om de hoek. Extra vertraging ontstond omdat de betrokken koepels geen enkele zeggenschap hadden over hun wispelturige achterban. Elk clubje huisartsen, fysiotherapeuten of tandartsen moest persoonlijk worden overtuigd. De langzaamste aansluiter bepaalde het tempo van de implementatie. De zwakste schakel werd de norm. Ook snelle technische ontwikkelingen zorgden voor veel vertraging. "Je moet technische keuzes nooit bestuurlijk vastleggen", zegt Zorgpasdirecteur Jan van der Loos. "Het ene besturingssysteem volgt het andere op. En tijdens het project is de communicatiesnelheid met een factor 16 verhoogd. Techniek moet je altijd loskoppelen van bestuur." Aan een aantal zaken was niet gedacht. De Zorgpasinformatiezuilen bleken voor rolstoelbezitters niet bruikbaar. Er was geen klachtenreglement en geen permanente helpdesk voor zorgverleners in het proefgebied. Ook vonden de technici van de Zorgpas Groep bij het uitrollen van de proef nogal wat illegale software bij zorgverleners, plus programmatuur die je op zorgwerkstations niet zou verwachten. Zorgverleners vroegen soms financiële compensatie, als legale software aangeschaft zou moeten worden. Ondanks al deze manco’s was de Zorgpasproef deels een succes. Technisch werden knappe staaltjes opgeleverd: een met Public Keyversleuteling (PKI) beveiligd netwerk, plus centraal beheer van sleutels via een Trusted Third Party en koppelingen met een flink scala medische software. Gigantisch was de opgave om een beheerssysteem te ontwikkelen voor nieuwe, verlopen of kwijtgeraakte Zorgpassen, en dat voor tientallen zorgverzekeraars. Ook werd een gigantische schoonmaakoperatie uitgevoerd om het ratjetoe aan backofficesystemen bij zeventig zorgverzekeraars te stroomlijnen, een kolossale opgave die grotendeels slaagde. Het animo om nieuwe landelijke ICTprojecten te starten is inmiddels gering. "Regionaal zie je prachtige ICTprojecten, landelijk zijn er nauwelijks vorderingen", zegt Paul Linsen, ICTbeleidsmaker bij de apothekerskoepel KNMP. "De vele disciplines in de zorg hebben vaak nauwelijks belang om elektronisch te communiceren." Met de gesjeesde Zorgpasproef heeft de zorgsector een lesje geleerd. Men zal ultragrote ICTprojecten voortaan wantrouwen, zeker als die op subsidie drijven. Men is schuw over megasamenwerkingsverbanden met teveel partijen: teveel ruzie, teveel tegenstrijdige belangen, teveel dwarsliggers en saboteurs. "De Zorgpas kostte smerig veel geld", erkent ZPG directer Jan van de Loos. "Hoe meer bestuurders je erbij betrekt, hoe duurder het wordt." Hij voelt zich ‘professioneel gefrustreerd’ dat de Zorgpas is afgeblazen. "De infrastructuur ligt er. Er is een autosnelweg met inderdaad relatief weinig autoverkeer. Maar dat kun je de wegenbouwer niet kwalijk nemen." Inmiddels is hij bezig met ‘buitenschoolse activiteiten’ om met grote ICT en telecombedrijven een zorgnetwerk van de grond te krijgen. "Omdat wetgeving in de zorgsector om de haverklap verandert, is er te weinig stabiliteit om langdurig in infrastructuur de investeren", meent Van der Loos. "We zijn kapot gereguleerd. Baten komen niet terecht bij de investeerders. De overheid zal moeten garanderen dat nieuw beleid investeerders geen schade oplevert." Met open ogen is de zorgsector andermaal in de bekende val gelopen: topdownaansturing, met te weinig oog voor de werkvloer. De Zorgpasproef maakte duidelijk dat topdownscenario’s nooit kunnen werken. Te vaak zijn doelstellingen politiek gemotiveerd, terwijl niemand een resultaatverplichting wil aangaan. Overigens heeft de Zorgpasproef als grote uitzondering bij gesubsidieerde ICTprojecten in de zorgsector alle voortgangsrapportages altijd openbaar gemaakt. Nooit eerder heeft een ICTproject in de zorgsector zoveel openheid vertoond. Van vele tientallen ICTprojecten is geen enkele rapportage vindbaar. Bij volgende projecten moeten zorgverleners op regionaal niveau het initiatief nemen, concludeert het afsluitende Witboek van ZPG. "Alleen dan heeft het zin om elektronisch te communiceren." Ook moeten gebruikers bereid zijn zelf te investeren, waarbij men de kosten in tarieven kan verwerken. Dat vraagt aangepaste wet en regelgeving. Alleen dan zal de ICTindustrie bereid zijn om risicodragend te investeren, op basis van marktwerking. Gepleit wordt om bij volgende projecten ADSL te gebruiken, en een afgeschermd deel van internet (VPN). Nog steeds ziet ZPG de noodzaak van een chipkaart, om zowel patiënt als zorgverlener te identificeren. "Als zorgverleners in de toekomst meer ICTtoepassingen krijgen, zal iemand systeemverantwoordelijkheid moeten dragen", aldus Zorgpasdirecteur Van der Loos. "Met tienduizenden losse standalonesystemen bij zorgverleners lukt dat nooit." Volgens hem moeten er keiharde prikkels komen die zorgverleners stimuleren tot elektronische communicatie. "Anders zal men elkaar te vuur en te zwaard blijven bestrijden, en medische gegevens voor zichzelf houden."