Overslaan en naar de inhoud gaan

Privatiseren van Telecom in Centraal-Europa wordt steeds moeilijker

Dino Malacopol, de Roemeense staatssecretaris voor telecommunicatie, heeft goede hoop dat Italianen, Spanjaarden of Fransen, vanwege hun taalverwantschap interesse in het Roemeense staatstelefoonbedrijf hebben. Maar zijn optimisme werd door de overige congresgangens niet gedeeld. Vrijwel niemand verwacht dat Roemenië of buurland Bulgarije er op korte termijn in slaagt zijn telefoonmaatschappijen aan een buitenlands telefoonbedrijf te verkopen.
Carriere
Shutterstock
Shutterstock

Telecomwetgeving Zelfs telefoonmaatschappijen die beter in de markt zouden moeten liggen, hebben sinds de crisis in de telcomindustrie problemen om belangstellenden te vinden. Sinds KPN heeft laten weten niet geïnteresseerd te zijn in uitbreiding van zijn aandeel Cesky Telekom, zijn de Tsjechen bijvoorbeeld tevergeefs op zoek naar andere kopers voor de resterende aandelen die de staat nog in handen heeft. Het probleem is, dat het de Centraal-Europese regeringen veelal ontbreekt aan een duidelijke visie wat ze nu eigenlijk willen met hun telefoonmaatschappijen. Ze zien de verkoop van hun staatstelefoonmaatschappij en van licenties vooral als een manier om geld binnen te halen, maar vergeten dat de nieuwe eigenaar voor grote investeringen komt te staan en staan niet stil bij de gevolgen van hun eigen verkoopbeleid. Zo wil Roemenië vier UMTS-licenties vergeven, terwijl zeer de vraag is of de markt dat wel aankan. Verder is er veel onduidelijkheid over de telecomwetgeving. Overal worden de wetten veranderd met oog op de liberalisering van de markt, met als gevolg dat zowel de bestaande maatschappijen als nieuwkomers op de markt niet echt weten wat hen te wachten staat. “18 Maanden geleden was er in Polen furore over de verkoop van licenties voor nieuwe operators van vaste lijnen”, vertelt George Makowski van Emergis Polska, “Maar de meesten die daaraan mee hebben gedaan, zijn nu al weer kapot. En als over zeven maanden de markt wordt geliberaliseerd, dan zijn die licenties die toen 23 miljoen euro kosten, geen duizend euro meer waard”. Achterstand Investeringen die door de liberalisering hun waarde verliezen, zijn voor bestaande bedrijven de grootste zorg. Er zijn het afgelopen decennium enorme bedragen gespendeerd om de achterstand in Centraal-Europa op telecom- gebied weg te werken. Duizenden kilometers kabel zijn de grond ingegaan, nieuwe centrales gebouwd, glasvezelverbindingen aangelegd. “We zien in dat concurrentie belangrijk is, maar aan de andere kant, welk bedrijf geeft vrijwillig zijn voordelen op? Uiteraard proberen we onze belangen te beschermen. Als nieuwkomers zonder voorwaarden gebruik kunnen maken van de bestaande infrastructuur, terwijl wij de investeringen hebben gedaan, klopt er iets niet”, aldus Horst Hermann, strategisch directeur van de Hongaarse Matav. Onrendabel Liberalisering en vrije markt zijn uiteindelijk onvermijdelijk, maar onder Centraal-europese omstandigheden niet altijd het meest ideale, constateerden sommige sprekers. Landen als Roemenië, Bulgarije, Albanië en sommige voormalige Sovjet-republieken zijn vergelijkbaar met Derde Wereldlanden. Daar kun je niet dezelfde principes toepassen als in West-Europa. Voor geprivatiseerde telefoonmaatschappijen is het financieel bijvoorbeeld nauwelijks interessant is vaste verbindingen van duizenden guldens aan te leggen naar afgelegen dorpen, waar gebruikers wonen die voor hooguit enkele tientjes per maand zullen verbellen. Als zo’n markt dan ook nog eens wordt geliberaliseerd, begint helemaal niemand daar meer aan. In zo’n situatie kan een staatsbedrijf zijn nut hebben. Oost-Duitsland heeft er bijvoorbeeld duidelijk van geprofiteerd, dat Deutsche Telekom nog niet geprivatiseerd was. Daardoor kon dat bedrijf zich veroorloven op hele korte termijn kostbare, maar onrendabele investeringen te doen in de verbetering van de telecom-infrastructuur van de voormalige DDR. Een private onderneming zou dat project op die termijn nooit hebben aangedurfd. Een ander probleem is dat in lang niet alle landen de bevolking staat te juichen als er weer een buitenlandse investeerder binnenkomt en een staatsbedrijf overneemt. Dat geldt vooral als de in Centraal-Europa sterke Deutsche Telekom langskomt. In Slowakije, waar DT onlangs een miljard euro investeerde in Slovtel, reageerde een deel van de bevolking er negatief op dat ‘de Duitsers de boel komen overnemen’. Gewend Op de Balkan leven dat soort gevoeligheden nog veel sterker, reden waarom DT een tijd geleden het Macedonische Maktel via zijn Hongaarse dochter Matav kocht. Het nationalistische klimaat in de Balkanstaat zal er ongetwijfeld ook mee te maken hebben, dat Hongaarse en Duitse managers bij Maktel regelmatig het gevoel hebben dat ze op weerstand stuiten als ze zaken bij Maktel proberen te veranderen. In Hongarije, waar DT al sinds 1993 een meerderheidsbelang in Matav heeft, is van dat soort gevoelens overigens weinig meer te merken. “Hongaren zijn eraan gewend dat de Matav een geprivatiseerd bedrijf is”, aldus Horst Hermann, zelf afkomstig van DT, “Alles wat hen interesseert is onze service en onze prijzen”.

Lees dit PRO artikel gratis

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

  • Toegang tot 3 PRO artikelen per maand
  • Inclusief CTO interviews, podcasts, digitale specials en whitepapers
  • Blijf up-to-date over de laatste ontwikkelingen in en rond tech

Bevestig jouw e-mailadres

We hebben de bevestigingsmail naar %email% gestuurd.

Geen bevestigingsmail ontvangen? Controleer je spam folder. Niet in de spam, klik dan hier om een account aan te maken.

Er is iets mis gegaan

Helaas konden we op dit moment geen account voor je aanmaken. Probeer het later nog eens.

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

Heb je al een account? Log in

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

Heb je al een account? Log in