Einde van netneutraliteit lijkt in zicht

Om die reden willen aanbieders van de internetinfrastructuur de mogelijkheid om delen van hun infrastructuur tegen extra betaling aan te bieden, bijvoorbeeld aan bedrijven met tijdkritische toepassingen.

Dat plan stuit links en rechts op bezwaren. Allereerst is er de vrees dat het opgeven van netneutraliteit leidt tot een scheiding in een armeluis-internet, waarin weinig wordt geïnvesteerd, en een internet voor kapitaalkrachtige kopers dat alle investeringsgelden opsoupeert. Het ideaal van internet als innovatiemedium dat iedereen toegang geeft tot alle informatie, zou daarmee ondergraven worden.

Bedrijven die aan het huidige model veel verdienen – zoals Google – staan ook niet te trappelen om de netneutraliteit op te geven. Uit angst dat de aanbieders geld in rekening gaan brengen voor het doorgeven van YouTube-filmpjes, of dat de populariteit daarvan afneemt als er geen betrouwbare doorgifte meer is van de videobeelden.

De discussie woedt al geruime tijd. In de herfst van vorig jaar kwam de Amerikaanse Federal Communications Commission met een set nieuwe regels, waarover het vervolgens een marktconsultatie startte. In het kader van die consultatie lijken Google en Verizon nu een akkoord te hebben bereikt, dat ze voorgelegd hebben aan de FCC, melden verschillende Amerikaanse persbureaus.

Wat de inhoud van het akkoord precies is, is onduidelijk. Bronnen van The Wall Street Journal melden echter stellig dat in het akkoord de mogelijkheid is opgenomen dat internetaanbieders extra capaciteit tegen betaling beschikbaar gaan stellen. Daarmee zou het einde van netneutraliteit een feit zijn.

Google en Verizon bevestigen dat niet. Google onthoudt zich van commentaar. En Verizon meldt alleen dat 'het betrokken is bij een door de FCC geleid onderhandelingsproces dat moet resulteren in consensus over een manier om Internet open te houden, en ook de voorwaarden te scheppen voor de investeringen en innovatie die nodig zijn om het in stand te houden'.

Gezien Googles rol in het genereren van internetverkeer is het een voor de hand liggende partij om aan een compromis te werken. Telecombedrijf Verizon is daarbij een redelijk makkelijk te benaderen gesprekspartner, vanwege diens rol bij Googles mobieletelefonieplatform Android en de gezamenlijke inspanningen om op basis van Android een alternatief voor de iPad op de markt te brengen.