Nut bezuinigingen deels onderbouwd met foute Excel-formule
Onderzoek niet herhaalbaar
Een nadere inspectie van de data waarop Reinhart en Rogoff hun werk baseerden, roept nu ook vraagtekens op bij die statistische samenhang. Die vraagtekens zijn gezet door Thomas Herndon, Michael Ash en Robert Pollin van de University of Massachusetts. Zij probeerden het onderzoek van Reinhart en Rogoff te herhalen, maar kregen andere resultaten. Daarop vroegen ze Reinhart en Rogoff inzage in hun dataset.
Eén van de opvallende zaken die ze daarbij tegenkwamen was, dat Reinhart en Rogoff in een Excel-sheet een foutje hadden gemaakt in een formule. Daardoor was een deel van de gegevens die betrekking hebben op de economische groei in landen met hoge staatsschuld niet meegenomen. Dat drukte de gemiddelde economische groei in landen met hoge staatsschuld met 0,3 procentpunt.
Discutabele beslissingen
Daarnaast constateren de critici twee discutabele beslissingen bij de verwerking van de gegevens. De eerste betreft de weging: Reinhart en Rogoff berekenen eerst per land een gemiddelde groei voor perioden met hoge, gemiddelde en lage staatsschuld, en berekenen uit die gemiddelde per land vervolgens een wereldwijd gemiddelde. Dat betekent dat de groei van gemiddeld 2,4 procent in Engeland gedurende de 19 jaar dat het een hoge staatsschuld had, even zwaar weegt als de krimp van 7,6 procent in het ene jaar dat Nieuw-Zeeland een hoge staatsschuld had. Daarnaast lieten Reinhart en Rogoff de gegevens van drie landen in de jaren direct na de Tweede Wereldoorlog buiten beschouwing. Die landen - Australië, Canada en Nieuw-Zeeland - koppelden in die jaren een hoge staatsschuld aan een gezonde groei.
Die laatste twee factoren blijken overigens veel belangrijker voor de uitkomst dan het Excel-foutje. Bij een andere manier van wegen en meenemen van de ontbrekende jaren van de genoemde landen blijken landen met een hoge staatsschuld gemiddeld een jaarlijkse groei van 2,2 procent te realiseren, in plaats van een gemiddelde krimp van 0,1 procent per jaar.
Statistische samenhang verdampt
Landen met een lage staatsschuld hebben gemiddeld wel een wat hogere economische groei dan landen met hogere staatsschuld. Maar de spreiding binnen de categorieën is zo groot dat je daar moeilijk conclusies aan kunt verbinden, concluderen Thomas Herndon, Michael Ash en Robert Pollin. Maar op basis van historische gegevens kun je niet concluderen dat een hoe staatsschuld en economische groei niet samen kunnen gaan. En los daarvan blijft er altijd de kip-eidiscussie: zakte de economie in omdat de staatsschuld hoog was, of was de staatsschuld hoog omdat de economie - en dus de belastinginkomsten - inzakte.
Het artikel van Reinhart en Rogoff is gepubliceerd op de website van de National Bureau of Economic Research. De kritiek van Herndon, Ash en Pollin is gepubliceerd op de website van het Political Economy Research Institute van de University of Massachusetts, Amherst.
Reacties
Om een reactie achter te laten is een account vereist.
Inloggen Word abonnee