Zorgen van datacenters over data gravity door versneld thuiswerken

Data gravity – het zo dicht mogelijk bij elkaar houden van data en de bijbehorende applicaties en services – is de oorzaak van de terugkeer van gedistribueerde computing.

Het IT-landschap is nog altijd in beweging, zegt managing director Stijn Grove van de DDA. “Door het coronavirus is dit in een stroomversnelling gekomen. Organisaties zagen zich gedwongen om in één keer snel op te schalen en hebben behoefte aan oplossingen om veilig gedistribueerd te werken.”

Die ontwikkeling ziet ook managing director Alex van den Bergh van Quint. Zij begeleiden en adviseren klanten bij de gang naar de cloud. “Door de huidige covidsituatie wordt de gang naar SaaS en de cloud alleen maar versterkt omdat SaaS en Cloud zeer geschikt zijn voor werken op afstand. Wanneer verschillende SaaS of cloud-toepassingen worden gebruikt staan de data ook op verschillende plekken.”

Data gravity

En dat heeft effect op de data gravity. Doordat deze applicaties steeds meer data sneller moeten verwerken, wordt het belangrijker dat deze data dichtbij de applicaties komen te staan, aldus de onderzoekers. “Hoewel Nederland beschikt over een uitstekende en snelle infrastructuur, kunnen zelfs kleine vertragingen al een impact hebben op de bedrijfsprocessen die in toenemende mate afhankelijk zijn van zeer snelle data-analyses en machine learning.”

Het huidige model met één centrale fysieke IT-omgeving - dat alle verwerkingslocaties bedient – voldoet dus niet altijd meer. Uit het rapport ‘De impact van data gravity op IT’ blijkt dat het grootste deel van de data (63%) van Nederlandse organisaties zich nog altijd binnen bedrijfseigen serverruimtes en datacenters bevindt. Die situatie verandert wel snel; de vloeroppervlakte van de multi-tenant datacenters plus die van hyperscale datacenters in Nederland is tweemaal zo groot als de on-premises datavloer. Door de gang naar de cloud, lopen bedrijfsdatacenters leeg en kiezen organisaties vaker voor colocatiedatacenters, waar ze bouwen aan een hybride (cloud) omgeving.

Applicatiecentrisch

Echter doordat IT-taken de afgelopen jaren een voor een naar de cloud zijn geplaatst, is er bij veel organisaties nu sprake van een applicatiecentrische strategie. Volgens de onderzoekers heeft dat gevolgen. “Organisaties dreigen hun grip kwijt te raken op de eigen data, met de nodige risico’s voor de veiligheid en de continuïteit.” In het rapport wordt gepleit voor een datacentrische strategie. Volgens Grove van de DDA moeten daarom strategische beslissingen over de veranderingen aan de IT-architectuur naar voren worden gehaald.

Organisaties moeten goed nadenken waar data wordt geplaatst, vult ceo Alexandra Schless van NorthC Datacenters aan. “Verschillende applicaties verwerken op verschillende manieren data en hebben andere eisen voor wat betreft de snelheid waarmee die data beschikbaar moeten zijn. De uitdaging voor organisaties is om hun infrastructuur in te richten voor de toekomst en voor optimaal gebruik van de cloud. Welke data plaats je in de public cloud, welke in een private cloud en welke in een colocatiedatacenter?  Je moet integraal kijken naar de bedrijfsprocessen, in plaats van per applicatie.”