Innovatie & Strategie

Wetenschap
digitale geletterdheid

Integreer digitale geletterdheid in bestaande vakken

1 plus 1 is 3 

© Shutterstock elenabsl
1 augustus 2022

1 plus 1 is 3 

Een informatiesamenleving is iets anders dan een goed geïnformeerde samenleving. De oproep van minister Dennis Wiersma om met een masterplan de basisvaardigheden lezen, rekenen, digitale geletterdheid en burgerschap met urgentie op te pakken, is volkomen terecht. Informatie is een basisgrondstof voor leven, leren en werken; goed om kunnen gaan met informatie is een basisvereiste. Gelukkig laat het onderwijs al zien dat het goed mogelijk is om kinderen digitale geletterdheid bij te brengen, constateert Larissa Zegveld. Laten we daarop voortbouwen.

De hoeveelheid informatie die wij elke dag te verwerken krijgen, is enorm toegenomen. We leven in een informatiesamenleving. De digitalisering is alom aanwezig en daarmee is digitaal burgerschap niet meer weg te denken in leven en werken. Een vergunning aanvragen bij de gemeente, een zorgdeclaratie indienen, bankzaken regelen, het gebeurt allemaal online. Als mensen niet met informatie kunnen omgaan, niet digitaal geletterd zijn, kunnen ze niet goed functioneren en meedoen in de maatschappij.

Digitale ‘haves’ en ‘have nots’

Tijdens de coronacrisis werd pijnlijk duidelijk dat de verschillen in digitale geletterdheid tussen kinderen groot zijn. Hebben ouders geen laptop of kunnen ze niet of nauwelijks Nederlands, dan komen hun kinderen makkelijk op achterstand te staan. Directeur Inge Bryan van Fox-IT schreef in NRC van 19 februari 2022 dat er een sociale kloof dreigt te ontstaan tussen digitale haves en have nots. “Daarmee creëren we onze eigen onveiligheid. Onderwijs is de sleutel tot een digitaal inclusieve maatschappij waarin veiligheid voor en door iedereen gemaakt en onderhouden wordt.”

De plek waar die achterstanden zijn goed te maken is, idealiter, op de school. Begrijpend lezen en rekenen zijn heel belangrijk, maar mediawijsheid en digitale geletterdheid zijn daar nauw mee verbonden. Online een tekst lezen, vergt andere vaardigheden dan iets van papier lezen.

Goed nieuws daarom dat digitale geletterdheid een vaste plek krijgt in het curriculum. Als leerlingen en studenten digitale toepassingen die ze dagelijks gebruiken ook op school kunnen inzetten, zijn ze gemotiveerder en leren ze beter. Immers, het is direct te gebruiken (en daarmee zetten we beter in op de vraag: “Waarom moet ik dit leren, ik kan het toch googelen?”).

Minister Wiersma stelt voor de basis voorop te stellen: digitale geletterdheid integreren in de vakken taal en rekenen. Dat is een goed plan. Uit onderzoek weten we namelijk dat traditionele geletterdheid een voorspeller is voor digitale geletterdheid. Hoe beter je taalvaardigheden zijn, hoe beter de bedding voor digitale geletterdheid. Logisch ook: hoe beter je begrijpt wat je leest en hoe groter je woordenschat, hoe beter je bijvoorbeeld een zoekopdracht op internet kunt formuleren.

4 bruikbare lijnen voor effectief onderwijs in digitale geletterdheid

Onderzoek vertelt ons meer over wat kan helpen digitale geletterdheid goed in het onderwijs in te bedden. Hóe we het nieuwe leergebied effectief kunnen onderwijzen, kunnen we volgens lector Anneke Smits van de Windesheim Hogeschool leren uit kleine casestudies op deelgebieden, zoals ict-basisvaardigheden of informatievaardigheden. Hieruit komen 4 bruikbare lijnen naar voren.

1. Doe het samen en sluit aan bij het echte leven

Samen met leerlingen in gesprek over digitalisering werkt goed, blijkt uit onderzoek. Dat kan op tal van manieren. Samen praten over discussies onder web-video’s. Samen in gesprek over een Tegenlicht-documentaire, bijvoorbeeld De Digitale Detox over de macht van grote techbedrijven.

Het aanleren van vaardigheden als computational thinking werkt over het algemeen effectief en stimulerend aan de hand van situaties uit het echte leven. Door aan de slag te gaan met applicaties die leerlingen dagelijks gebruiken en door hen aan te moedigen eigen (eenvoudige) animaties, gif-jes, games en dergelijke te laten maken. Laat leerlingen on- en offline onderzoeken en maken, spelend leren, leren door te doen, leren van fouten en werken in kleine groepen.

2. Doseer het computergebruik

Meer computergebruik leidt niet per definitie tot digitaal geletterde leerlingen. Zeker eenzijdig recreatief gebruik (denk aan filmpjes kijken, spelletjes spelen, et cetera) draagt nauwelijks bij. Doseer de inzet van computers bij lessen digitale geletterdheid. Van belang is de manier waarop leerlingen worden begeleid. Een leerling die op internet zoekt naar informatie, leert vooral als er een leraar naast zit die het computergebruik begeleidt, context geeft, uitlegt en wijst op zaken waar de leerling geen oog voor heeft.

3. Investeer in kennis

Om digitaal geletterd te worden, heb je ruime voorkennis nodig. Volgens wetenschapper E.D Hirsch is de belangrijkste taak van scholen leerlingen vertrouwd te maken met de gemeenschappelijke kennis die mensen verbindt in het maatschappelijk leven. Daar hoort een rijke woordenschat bij en kennis van plaatsen, belangrijke gebeurtenissen en mensen. Hoe meer je weet, hoe beter je begrijpt welke informatie je online wordt voorgeschoteld en hoe beter je leert wat je interesseert. Dat helpt je focus te houden op wat je belangrijk vindt op een webpagina vol afleiding. Je formuleert betere zoekvragen, waardoor je eerder vindt wat je zoekt. Zoals kennis randvoorwaardelijk voor leesbegrip is, geldt dat dus ook voor digitale geletterdheid.

4. Zorg voor sterke leraren

Je hoeft geen digitale alleskunner te zijn om met leerlingen te praten over hun ervaringen met technologie. Ook dat is onderwijs in digitale geletterdheid. Tegelijkertijd is er wel degelijk digitale bagage nodig, bijvoorbeeld om leerlingen ict-basisvaardigheden bij te brengen. Ict-bekwame leraren kunnen voor deze leerlingen echt het verschil maken. De ‘Handreiking professionalisering ict-bekwaamheid’ van Kennisnet is een goede bron.

Scholen staan voor grote uitdagingen, waaronder het schoolleiders- en lerarentekort. Leraren moeten al zoveel en daar komt digitale geletterdheid nog eens bij. Onderwijsinspecteur Alida Oppers zei in NRC van 15 april 2022. “Als je al een tekort hebt, is het extra relevant om dat wat je wél kunt doen, goed te doen. We weten van andere landen, zoals Ierland en Zweden, dat als er wél wordt geïnvesteerd in personeelsbeleid en in bijscholing, dat leidt tot betere resultaten, minder werkdruk, meer werkplezier en meer zelfvertrouwen bij docenten.”

Bovenstaande vier lijnen bieden perspectief voor een pragmatische aanpak van digitale geletterdheid vanaf het moment dat de kerndoelen voor digitale geletterdheid die SLO ontwikkelt, bekend zijn. Een goede voorbereiding is het halve werk.

Trendbreuk realiseren

De oproep uit het rapport van de Staat van het Onderwijs (2022) is glashelder, we kunnen er niet meer omheen: “De jarenlange terugloop van de taal-, reken- en burgerschapsvaardigheden moet eindelijk een halt toegeroepen worden.” Die staan voorop. De inspectie wijst op de vele afzonderlijke Nederlandse scholen die zich als de nood aan de man komt in korte tijd sterk weten te verbeteren. Ook voor digitale geletterdheid is er werk aan de winkel. Het goede nieuws is dat er bij scholen en lerarenopleidingen goede initiatieven zijn. Onder meer aan de hand van (wetenschappelijk bewezen) effectieve interventies. Die verdienen navolging.

Digitale geletterdheid is een voorwaarde voor leven, leren en werken. 1 plus 1 is 3 als we digitale geletterdheid weten te integreren in bestaande vakken. Digitale geletterdheid opnemen in het curriculum, zoals minister Dennis Wiersma voorstelt, geeft scholen de duidelijkheid in kerndoelen waar ze zo naar snakken.

Een verkorte versie van dit artikel verscheen eerder op kennisnet.nl

Magazine AG Connect

Dit artikel is ook gepubliceerd in het magazine van AG Connect (juli-augustus 2022). Wil je alle artikelen uit dit nummer lezen, zie dan de inhoudsopgave.

Reactie toevoegen
De inhoud van dit veld is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.