Innovatie & Strategie

Datamanagement
Datadeling in Europa

‘Hyperscalers kunnen Gaia-X niet kapen’

Zorgen over Amerikaanse dominantie in Europees data-infrastructuurproject onterecht, vindt Nederlandse hub-manager.

6 januari 2022

Zorgen over Amerikaanse dominantie in Europees data-infrastructuurproject onterecht, vindt Nederlandse hub-manager.

Bedrijven uit Duitsland en Frankrijk begonnen zo’n twee jaar geleden met een ambitieus project: het maken van een infrastructuur waarmee data gedeeld kunnen worden in een vertrouwde omgeving. Inmiddels telt Gaia-X zo’n 2.500 bijdragers en 300 leden en hubs in 15 landen. Maar er is ook kritiek. Er zouden ruzies zijn tussen leden en hyperscalers zouden te veel invloed hebben. “Er hoort af en toe wat turbulentie bij dit soort ontwikkelingen”, zegt Peter Verkoulen, manager van de Nederlandse Gaia-X-hub namens TNO. Maar echt zorgen maakt hij zich niet.

Rondom Gaia-X is de afgelopen twee jaar een hoop verwarring geweest. In veel media werd het project neergezet als een cloudinitiatief of zelfs als ‘Europese cloud’. Maar dat is het niet, benadrukt Verkoulen. Volgens hem draait het hele project over waarde halen uit data, door data uit verschillende bronnen te combineren. “En het draait om soevereiniteit. Je moet de regisseur blijven van je eigen data.” Eigenaren van data moeten dus zelf in staat zijn om te bepalen wie wat, wanneer en hoelang met data hun gegevens mogen doen, en met welk doel.

Om dat mogelijk te maken, zijn twee dingen nodig: diensten en hubs voor het veilig en vertrouwd delen van data en een infrastructuur waarmee interoperabiliteit en portabiliteit van data mogelijk wordt gemaakt. Met Gaia-X moet het mogelijk worden om data over verschillende cloudproviders te verdelen, terwijl er gebruik van wordt gemaakt alsof alles op één plek staat.

Geen muur om Europa

Hoewel Gaia-X een Europees project is, zijn het niet alleen Europese cloudproviders die diensten met een Gaia-X-stempel kunnen leveren. Al aan het begin van het project werd duidelijk dat iedereen mee mag doen aan Gaia-X, dus ook Amerikaanse en Chinese hyperscalers . En dat doen ze ook: onder meer Microsoft, Google, Amazon en Alibaba zijn lid van Gaia-X en werken mee aan het project.  

Maar de laatste maanden zijn er berichten naar buiten gekomen over ruzies tussen leden, die volgens Verkoulen vooral te maken zouden hebben met de deelname van dit soort niet-Europese partijen. Sommige partijen zouden namelijk wel verwacht hebben dat alleen Europese partijen mee mochten doen. En ook Europarlementariër Sophie in ’t Veld noemde het in maart dit jaar tegenover de Volkskrant “verbazend en verontrustend” dat Amerikaanse en Chinese bedrijven deel uitmaken van Gaia-X. “Er zijn partijen die teleurgesteld zijn dat het niet die protectionistische aanpak wordt, maar een open aanpak. En als mensen teleurgesteld zijn, dan kunnen ze zand in een machine gaan scheppen”, aldus Verkoulen.

Volgens hem is de deelname van niet-Europese partijen juist belangrijk, omdat bedrijven graag met data vanuit de hele wereld werken. “Of je nu een startup bent of een groot bedrijf als Philips: als je waarde uit data wil halen, wil je met data van over de hele wereld kunnen werken. Dat moet niet bij de grenzen stoppen. We moeten juist proberen de Europese normen en waarden vorm te geven bij het (inter)nationaal uitwisselen van data”, verklaart hij. Als voorbeeld noemt hij onderzoek naar hele zeldzame ziekten. “Er is maar heel weinig data beschikbaar over bepaalde ziekten, omdat ze zeldzaam zijn. Aan de gegevens van één ziekenhuis of van een paar ziekenhuizen in één land heb je dan vaak niets.  Maar als je alle gegevens wereldwijd over patiënten met zo’n ziekte kunt combineren, dan kun je mogelijk tot nieuwe behandelmethoden komen voor patiënten.”

Verkoulen wijst ook op de zogeheten Labels, waar Gaia-X eerder deze maand een framework voor publiceerde. Die Labels moeten gebruikers informatie gaan geven over de standaarden en afspraken waar een dienst van een bepaalde aanbieder aan voldoet. Elk Label staat voor bepaalde Gaia-X eisen waar een dienst aan voldoet  “Dan maakt het niet uit of een dienst geleverd wordt door een kleine, lokale partij of een grote Europese of niet-Europese partij. Want als je een dienst met dat Label afneemt, dan voldoet die gewoon aan die eisen.” Bovendien zijn er ook Labels die garanderen dat data binnen Europa blijven.

‘Hyperscalers zijn dominant’

Toch is er niet alleen kritiek op het feit dat niet-Europese partijen meewerken aan Gaia-X, er zijn ook partijen die vinden dat deze hyperscalers te veel domineren in de ontwikkeling van het project. Zo stelden anonieme bronnen van Politico in oktober dat vooral Microsoft het werk van technische werkgroepen erg probeert te sturen.

“We zien dat dit soort partijen actief zijn. En als Europese partijen vinden dat zij té actief zijn, dan moeten ze zelf de handen uit de mouwen steken en aan de slag gaan”, vindt Verkoulen. “Bij al dit soort samenwerkingen draait het uiteindelijk om de kartrekkers; de partijen die zeggen dat ze het onderwerp belangrijk vinden en dus mee komen werken. Wie op de tribune gaat zitten om te kijken wat anderen doen, oefent dus geen invloed uit.”

Bovendien is het niet mogelijk om als één bedrijf een meerderheid te hebben in een werkgroep: in iedere werkgroep mag maximaal één persoon van een bedrijf zitten. “Je kunt dus niet achttien man van één bedrijf in een werkgroep van twintig hebben.”

Deelnemen aan meerdere hubs

Wat wel kan, is dat bedrijven in meerdere landelijke hubs zitten. Deze zogeheten hubs werken niet aan Gaia-X zelf, maar vooral aan usecases op basis van Gaia-X die specifiek in dat land relevant zijn, en later internationaal uitgerold kunnen worden. Binnen de Nederlandse hub wordt bijvoorbeeld gewerkt aan het uitwisselen van data binnen een netwerk van een paar honderd bedrijven in de maakindustrie. Zo kunnen zij onderling veilig en op eigen voorwaarden data uitwisselen.

Het kan zo zijn dat internationale partijen input kunnen en willen leveren aan meerdere usecases. En dat kan snel betekenen dat ze dan lid worden van hubs in meerdere landen, wat altijd mag. “Het zou ook best kunnen dat een partij als Microsoft of KPN lid wordt van de AISBL [de non-profit die Gaia-X runt, red.], meedoet aan internationale werkgroepen en deelneemt aan een landelijke hub.”

‘Gaia-X is niet te kapen’

Maar alles wat uit de werkgroepen en de hubs komt, moet nog goedgekeurd worden door AISBL. “Dat moet daar nog een stempel krijgen. En van die governance kunnen niet-Europese partijen geen deel uit maken”, zegt Verkoulen. In de raad van bestuur mogen namelijk alleen Europese bedrijven die hun hoofdkwartier in Europa hebben, zo benadrukte dr. Maximilian Ahrens, CTO van T-Systems International en voorzitter van de raad van bestuur, tijdens de Gaia-X Summit 2021. "Hyperscalers kunnen de boel dus niet kapen”, zegt Verkoulen nu.

Lees meer over
Reactie toevoegen
De inhoud van dit veld is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.