Innovatie & Strategie

Generatieve AI, zoals ChatGPT, biedt het onderwijs veel kansen
Nieuwe tools creëren ruimte voor andere aanpak onderwijs.
Nieuwe tools creëren ruimte voor andere aanpak onderwijs.
De komst van ChatGTP zorgde voor een schokgolf door de onderwijswereld. Opeens was niet meer duidelijk wat studenten of leerlingen nu wel of niet zelf hadden geschreven. Maar generatieve kunstmatige intelligentie biedt ook mogelijkheden tot verrijking van het onderwijs. Misschien levert de technologie wel het gewenste zetje voor beweging die al langer nodig was.
ChatGPT trok sinds de introductie in november vorig jaar veel aandacht. Maar large language models (LLM) - waarvan GPT er een is - bestaan al veel langer en waren bekend bij onderwijskundigen. ChatGPT maakte de technologie opeens voor iedereen gratis beschikbaar. De commotie die toen ontstond, leidde zelfs tot Kamervragen over hoe het onderwijs hier nu op moest reageren.
In de VS ging een grote scholengemeenschap over tot een blokkade van ChatGPT op schoolsystemen. Ook klonk er een roep om detectiesoftware die het gebruik van ChatGPT kon opsporen, zoals er ook al software is om gewoon knip-en-plak plagiaat bloot te leggen. Het zijn zinloze denkrichtingen, vindt onderwijsadviseur Barend Last. “Onderzoek laat nu al zien dat die detectietools een heel belabberde score hebben. Ze hebben bijna 10% vals-positieve resultaten. De validiteit en betrouwbaarheid van plagiaatdetectietools lopen bovendien ver achter. Die zijn nu getraind op GPT-3, terwijl we al in versie 4 zitten. De nieuwe systemen vliegen je om de oren. Ik denk dat het een wedstrijd is, die we niet gaan winnen.”
Verandering nodig
De oplossing zit in een flinke verandering van het onderwijs en van het toetsen van kennis en vaardigheden. Dan kan generatieve kunstmatige intelligentie (gen AI) juist veel positieve effecten hebben op de onderwijswereld. Die veranderingen waren overigens al voor de komst van ChatGPT in gang gezet. Al langer vragen onderwijskundigen zich af of de gangbare manier van toetsen wel zinvol is. Een docent behandelt enkele weken leerstof en na afloop moet de leerling of student op één moment alles laten zien wat hij of zij in huis heeft. “Waarom is een vijf en een half goed genoeg? Is de helft van de stof die je aanleert, dan dus niet nodig?”, zegt Erdinç Saçan, docent en onderzoeker bij Fontys ICT. Deze onderwijsinstelling werkt al 15 jaar aan een omschakeling naar een proces van ‘learning by doing’. Steeds na een paar weken worden de door een student opgedane kennis en vaardigheden geëvalueerd in een gesprek met twee coaches.
Er is zo breder in het onderwijs een beweging gaande - programmatisch toetsen - waarbij meer gekeken wordt naar de ontwikkeling van de leerling of student om het leren op korte termijn (zweten, weten, vergeten) te doorbreken. “Het is nog een vrij nieuwe manier, met voor- en tegenstanders”, constateert Frank Benneker, Informatiemanager Onderwijs aan de UvA. “De huidige AI-ontwikkeling brengt de discussie daarover wel in een stroomversnelling.”
Niet eenvoudig
Erdinç erkent dat er organisatorisch wel het een en ander voor nodig is. Fontys ICT bijvoorbeeld, is na al die tijd nog zeker niet klaar met deze ontwikkeling. Docententeams hebben er soms moeite mee. "Het is ook belangrijk dat het een evolutie is, geen revolutie." En Benneker noemt het groeiend aantal studenten ook als een factor die zo’n procesverandering niet makkelijker maakt. “Als je een college voor 1200 eerstejaars moet geven en daar individuele toetsen voor moet maken, is dat best een uitdaging.”
Maar generatieve AI kan ruimte scheppen om dit soort problemen aan te pakken. Er zijn al verschillende voorbeelden dat docenten ChatGPT inzetten, bijvoorbeeld bij het voorbereiden van lessen en het creëren van lesmateriaal. Benneker: “Er zijn allerlei tools in de maak die functies genereren die we voorheen niet hadden. Met Synthesia bijvoorbeeld kun je video’s met avatars maken op basis van tekst. Daarmee kun je eenvoudig kennisclips en uitlegvideo’s maken.” Voor universitair docenten en onderzoekers is bijvoorbeeld Elicit een uitkomst. Dit is een hulpmiddel, gebaseerd op GPT, dat wetenschappelijke artikelen bij een onderwerp zoekt en die van context voorziet.
ChatGPT daagt uit
Een andere mogelijkheid die Erdinç en Benneker noemen is dat leerlingen en studenten met de tekstrobots een persoonlijke virtuele docent krijgen die 24 uur per dag beschikbaar is. Erdinç: “Ik ken een middelbare scholier die ChatGPT gebruikt om voor zichzelf oefentoetsen te maken. Ze heeft de lesstof ingevoerd en de vraag om haar te testen of ze de stof beheerst.”
Benneker noemt in dat verband de Khan Academy, een initiatief van een Amerikaan die zich afvroeg hoe hij zijn neefjes beter wiskunde kon leren. Het is uitgegroeid tot een set publiek toegankelijke hulpmiddelen. Nu is er ook een persoonlijke assistent bijgekomen op basis van een LLM. “De tool geeft je geen antwoorden maar gaat met je in gesprek en begeleidt je als een echte docent. Probeer dit eens, als je dat nou eens naar de rechterkant brengt. Hij neemt je heel flexibel, stap voor stap mee door een wiskundig probleem, tot je het door hebt.”
Schrijven gaat niet weg
Hulpmiddelen als ChatGPT gaan niet meer weg en zullen dus hun weg vinden in het onderwijs. Voor sommige opleidingen waarbij schrijven geen kernvaardigheid is, lijkt het logisch dat dergelijke hulpmiddelen een belangrijke rol krijgen, denkt Benneker. Dat is niet voor alle opleidingen het geval. Maar ook daar waar het maken van een goed betoog belangrijk is, kan generatieve AI helpen dat slimmer te organiseren. Schrijven is daarbij een vaardigheid die niet weggaat, is zijn overtuiging. Hij maakt de vergelijking met het moment dat Deep Blue won van wereldschaakkampioen Kasparov. “Toen dachten ook velen dat het einde van schaken nabij was. Maar eigenlijk is schaken nog nooit zo populair geweest. Mensen zijn op een andere manier gaan schaken, soms op een veel dieper niveau. Eigenlijk is dit misschien wel een soort uitdaging die we nu ook met talen hebben.”
Er zal in het onderwijs ook veel meer aandacht moeten komen voor mediawijsheid, omdat de algemene beschikbaarheid van generatieve AI het verspreiden van desinformatie en ‘deep fake’-beelden makkelijker maakt. Studenten en leerlingen moeten in staat zijn bronnen te controleren op feitelijke onjuistheden en betrouwbaarheid. Erdinç: “Je moet altijd kritisch blijven denken. Je kunt dit soort dingen eigenlijk alleen goed inzetten als je ter zake deskundig bent. Jij moet de fouten eruit halen.”
Ruimte voor ontwikkeling docent
Het succesvol inzetten van de nieuwe technologie, vraagt een verandering bij docenten. Uit het verleden is al wel gebleken dat veranderingen in het onderwijs traag gaan. Volgens Last is wel een versnelling mogelijk maar dan zijn een paar rigoureuze stappen nodig. “Ik denk dat we het curriculum op veel plekken sowieso met de helft kunnen inkorten. We hebben het volgestouwd met alles waarvan we denken dat het maar relevant is voor een discipline. Daardoor is het overvol geraakt, onder de illusie dat als het maar aan bod komt, het ook daadwerkelijk beklijft. En er is geen ruimte meer voor verdieping, ”
Last constateert dat de gereedschapskist van docenten enorm is gegroeid, net als het aantal rollen dat een docent moet vervullen. “Maar veel docenten zijn niet opgeleid voor die rollen en ze krijgen ook geen tijd om zich die rollen eigen te maken en te leren werken met nieuwe technologieën.”
Hij pleit er dan ook voor docenten minstens een dag in de week vrij te maken om nieuwe dingen uit te proberen en voor overleg met elkaar daarover. “Ik bedoel niet nog meer studiedagen, maar onderzoek doen naar je eigen onderwijs met gepaste ondersteuning. Dus bij elkaar kijken en ruimte creëren om gedachten daarover uit te wisselen. Nu betekent de professionalisering in het onderwijs nog meestal dat iemand op cursus gaat en die vaardigheden bij terugkeer op wonderbaarlijke manier opeens kan toepassen. Dat is niet effectief, zo blijkt ook uit onderzoek.”
Hij pleit ervoor dat de overheid dwingender kaders stelt voor de noodzakelijke versnelling. “Ik vind dat er in Nederland ontzettend veel autonomie bij instellingen is belegd. Op sommige vlakken is dat prima en wenselijk, maar ik vind dat over generatieve AI op centraal niveau een uitspraak mag worden gedaan. Niet directief, maar wel een dringend advies.”
Gevaar op kansenongelijkheid dreigt
Benneker wijst wel nog op het gevaar dat ontwikkelingen zoals ChatGPT de kansengelijkheid in gevaar kan brengen. “Het nieuwste model van OpenAI, GPT 4, zit alleen achter een betaalmuur van 20 dollar per maand. Dat is niet voor iedere student of leerling weggelegd. Ook de onderwijsinstellingen hebben geen oneindig diepe portemonnees. Dus we moeten daar wel over nadenken, hoewel we weinig invloed hebben. De markt zit natuurlijk in Silicon Valley. En dat is een tweede zorg, dat deze hele ontwikkeling in handen is van een paar bedrijven.”
is redacteur, coördinator printeditie en heeft als belangrijkste aandachtspunt Innovatie en Strategie, Artificial Intelligence, Datascience, Netwerken, Process Automation.
Telefoon: +31 (0)202467225 of +31(0)618868529
E-mail: t.doorenbosch@agconnect.nl