Loopbaan

Eerste baan na hbo-bètastudie steeds vaker van korte duur
Hoe doen afgestudeerde hbo’ers het op de arbeidsmarkt?
Hoe doen afgestudeerde hbo’ers het op de arbeidsmarkt?
Afgestudeerde hbo-studenten in de bètasector, waar ook de meeste ICT-opleidingen onder vallen, vinden snel een baan. Maar die baan is steeds korter van duur, mede doordat pasafgestudeerden steeds kritischer worden over hun baan en er minder vaak vaste contracten worden aangeboden.
Dat blijkt uit de HBO-Monitor 2018, een onderzoek dat jaarlijks wordt uitgevoerd door het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA). Bijna 24.000 afgestudeerde hbo’ers vulden eind 2018 de enquête in, ongeveer anderhalf jaar na hun afstuderen. Het belangrijkste thema van dit jaar is de arbeidsmarktpositie van hbo’ers die in het studiejaar 2016-2017 zijn afgestudeerd aan een associate degree-, bachelor- of masteropleiding.
Veruit de meeste ICT-opleidingen in het hbo vallen onder de sector bètatechniek, al valt een enkele studie onder de sector Economie, zoals Bedrijfskundige Informatica. Met ruim 92.000 studenten is het hoger technisch en natuurwetenschappelijk onderwijs, oftewel bètatechniek, goed voor zo’n 20% van het totaal aantal studenten binnen het hbo. De sector kent 37 bekostigde bacheloropleidingen, 23 associate degree-opleidingen en 9 bekostigde masters. In totaal bieden 17 hogescholen bètaopleidingen aan.
Werkloosheid gelijk gebleven
Uit de gegevens van de HBO-Monitor blijkt dat de werkloosheid in de meeste sectoren licht stijgt, behalve in de bètasector. Daar heeft 3,8% van de afgestudeerden anderhalf jaar na afstuderen geen baan. Dat is evenveel als vorig jaar. De werkloosheid binnen de bètasector is weliswaar niet gestegen, maar zit boven het gemiddelde over alle sectoren van 3,6%. De laagste werkloosheid is te zien bij de sectoren onderwijs en gezondheidszorg, met respectievelijk 1,7% en 2,0%. Afgestudeerden van deeltijdopleidingen doen het nog beter: onder hen is de werkloosheid gedaald van 2,4% naar 1,5%.
Maar liefst 90% van de afgestudeerden vindt binnen 3 maanden een nieuwe baan, tegenover 88% in 2017. Dat lijkt in strijd met de eerder genoemde stijging van de werkloosheidscijfers, maar dat komt volgens de onderzoekers doordat de eerste baan steeds vaker van korte duur blijkt. Reden hiervoor kan zijn dat afgestudeerden kritischer zijn geworden over de kwaliteit van het werk. Wellicht dat dit komt doordat startende bèta's - en zeker ICT'ers - de banen doorgaans voor het uitzoeken hebben, waardoor ze zich ook kunnen permitteren om kritischer te zijn. Ook kan het zijn dat ze sneller zwichten voor een lucratief aanbod, want werkgevers halen alles uit de kast om jong talent aan zich te binden.
Verder krijgen pasafgestudeerde bèta’s in 2018 vaker een vast contract dan niet-bèta’s: 59% versus 51%. In 2017 lag het landelijk gemiddelde nog op 44%. Maar liefst 83% van de jonge bèta’s vond een baan in de eigen studierichting. In de figuur hieronder staan de belangrijkste cijfers voor pas afgestudeerde bètastudenten:
Voormalig redacteur van AG Connect, met de aandachtsgebieden arbeidsmarkt, IT-opleidingen en -trainingen, carrière, diversiteit en arbeidsvoorwaarden.