De kwaliteit van code van beginnende ontwikkelaars is vaak laag. Daar zijn natuurlijk tools voor, maar het gros daarvan blijkt niet geschikt voor beginners. Volgens Hieke Keuning kunnen studenten goed geholpen worden met intelligente tutorsystemen die geautomatiseerd zowel hints als feedback geven.  

Een bekend probleem voor docenten in het programmeeronderwijs: een student schrijft een functioneel correcte oplossing, maar de code is inefficiënt, onnodig complex of onleesbaar. Helaas is het binnen het onderwijs niet altijd mogelijk om voldoende tijd en aandacht te besteden aan de kwaliteit van code. Uit onderzoek blijkt dat zelfs de code van professionele programmeurs veel ‘code smells’ bevat. Dit kan tot gevolg hebben dat code moeilijk te onderhouden is, en diverse andere kwaliteitskenmerken in het gedrang komen. Een tutorsysteem met automatische feedback en hints kan studenten in een vroeg stadium helpen om code te leren verbeteren.

De kwaliteit van studentcode

Hoe moeilijk leren programmeren nu eigenlijk is, is al decennialang onderwerp van discussie. In elk geval staat vast dat studenten die leren programmeren talloze fouten maken [1]. Deze fouten kun je onderverdelen in (1) syntactische fouten, zoals het gebruiken van de toewijzingsoperator = in plaats van de vergelijksoperator ==, (2) conceptuele fouten, zoals loops die één keer te veel of juist te weinig worden uitgevoerd, en (3) strategische fouten, zoals het onjuist opdelen van een programmeerprobleem in subproblemen.