RedHat maakt OpenShift klaar voor edge-toepassingen

De vraag om overal containers en Kubernetes te kunnen gebruiken komt vanuit de markt. Dus is er vraag naar het gebruik van OpenShift in edge-opstellingen, constateert Red Hat-CTO Chris Wright in een interview met The Register naar aanleiding van KubeCon Europe / CloudNativeCon 2020. OpenShift is de distributie van het containermanagement-platform dat Red Hat bouwde rond het opensource-beheerplatform Kubernetes.

Tot nog toe werd OpenShift vooral toegepast in de telecom- en serviceprovidermarkt, in combinatie met grote hoeveelheden clusters. OpenShift had dan ook een ondergrens van zeven nodes, ofwel fysieke of virtuele machines waarop een aantal containers gegroepeerd in een pod draait. Bij de net uitgebrachte versie 4.5 van OpenShift is dat minimum verder teruggebracht naar drie nodes.

Ook VM op OpenShift

Edge-opstellingen maken doorgaans gebruik van bare metal. Is het toch nodig om een applicatie op een virtual machine te laten draaien, dan is het vanaf versie 4.5 nu ook mogelijk een VM op OpenShift te gebruiken. Red Hat maakt daarvoor gebruik van het opensource-project KubeVirt. Dit project heeft het probleem aangepakt dat sommige workloads die nu op een virtual machine draaien, niet eenvoudig in containers zijn onder te brengen.

Het is de vraag of het nodig is zoveel beheergereedschap toe te passen op zulke kleine installaties. Maar daar is Wright het niet mee eens. De best practice in de industrie is om applicaties in containers onder te brengen en zo aan rapid development te kunnen doen. Klanten willen dezelfde gereedschappen en mogelijkheden hebben wanneer ze een applicatie in een edge-opstelling willen plaatsen. Door Kubernetes toe te passen ben je er zeker van dat je een gemeenschappelijk platform hebt of je applicatie nu in het eigen datacentrum, in de cloud of op een edge-locatie draait.